Loonaanvullingsuitkering WGA

Als een gedeeltelijk arbeidsongeschikte werknemer werkt en daarmee meer dan 50% van zijn resterende verdiencapaciteit (= het verschil tussen zijn/haar oude loon (=maximum dagloon) en het loon dat hij/zij kan verdienen) benut, heeft hij/zij recht op een loonaanvulling. De hoogte van de loonaanvulling is maximaal 70% van het verschil tussen het oude loon en het loon bij volledige benutting van de resterende verdiencapaciteit.

Twee voorbeelden:

• Jan verdiende 1.500 euro bruto per maand voordat hij ziek werd. Volgens het UWV kan hij nog 900 euro bruto per maand verdienen. Jan verdient 1000 euro. Zijn loonaanvullingsuitkering wordt dan 70% van het verschil tussen 1.500 en 1000 euro ofwel 350 euro bruto per maand. Zijn totale inkomen komt daarmee uit op 1.350 euro bruto per maand.
• Jan verdiende 1.500 euro bruto per maand voordat hij ziek werd. Volgens het UWV kan hij nog 900 euro per maand verdienen. Dat lukt hem niet. Hij verdient maar 600 euro. Jan krijgt van het UWV 70% van het verschil tussen 1.500 en 900 euro ofwel 420 euro bruto per maand. Jans totale inkomen komt daarmee uit op 1020 euro bruto per maand.

Wederom ziet u dat meer werken aantrekkelijker voor uw gedeeltelijke arbeidsongeschikte werknemer wordt.